Als El Capricho in het Noord-Spaanse Comillas iets laat zien, is het de eclectische inspiratie van bouwmeester Antoni Gaudí. De zomerresidentie die hij ontwierp voor de rijke indiano Maxímo Díaz de Quijano geeft ons een totale onderdompeling in Gaudí’s wereld.

Antoni Gaudí (1852-1926) was nog relatief jong toen hij het huis ontwierp, maar alles wat hem wereldberoemd heeft gemaakt is er. Organische architectuur vol Jugendstil en Art Nouveau, rijk geornamenteerd, modernistisch doordacht, met Moorse motieven op neogotisch Spaans metselwerk, golvende smeedijzeren hekwerken, heel veel keramische tegels met zonnebloemen en een Perzisch geïnspireerde toren: bezoekers vallen van de ene verbazing in de andere.

El Capricho
In de muziek betekent het Italiaanse ‘cappricio’ bokkig, springerig, vrij van vorm, levendig en in een briljante stijl. Het Spaanse ‘el capricho’ blijft daar dichtbij: een gril, een kuur, iets buitenissigs. Villa Quijjano, gebouwd tussen 1883 en 1885, baarde veel opzien en werd al snel bekend als El Capricho de Gaudí.
Indianos

De opdrachtgever voor de villa was Maxímo Díaz de Quijano, een jonge bourgois-intellectueel uit het nabije Santander. Hij maakte fortuin op Cuba waar hij als jurist werkte voor Antonio López y López, zakenman, slavenhandelaar, scheepsmagnaat en bankier. Indianos worden ze nog steeds genoemd: Spanjaarden die, na rijkdom te hebben vergaard in de koloniën in Latijns-Amerika en de Cariben, terugkeerden naar Spanje.
Maxímo’s baas, indiano López y López (1817-1883), was in diepe armoede in Comillas opgegroeid en schopte het tot de rijkste man van Spanje. Zijn goede vriend koning Alphonso XII van Spanje verhief hem in de adelstand. Als eerste Markies van Comillas nam hij de ontwikkeling van zijn geboortedorp voortvarend ter hand.

Met de bouw van de Pauselijke Universiteit en zijn eigen paleis, Sobrillano, bracht hij de Spaanse neogotische en modernistische architectuur naar Comillas. De architect: Joan Martorell, leermeester van Gaudí.
De koning was verliefd op Comillas en verbleef er regelmatig. Dat werkte als een magneet op indianos, industriëlen en bankiers die er hun zomerresidenties lieten bouwen, de ene nog groter dan de andere.
Klein maar fijn

Tussen de huizen als kastelen en het markiezelijk paleis is El Capricho opvallend klein. Het was dan ook nadrukkelijk ontworpen voor de vrijgezel die Maxímo was. Hij onderscheidde zich liever met andere zaken dan (te)veel ruimte: zijn vaardigheden als pianist en schrijver en zijn liefde voor botanie en exotische versieringen. De villa, met een vloeroppervlak van 720 m2 over drie verdiepingen, en de omringende tuinen weerspiegelen zijn smaak en interesses, met hier en daar een verborgen grap.

Zonnebloemen

Gaudí wordt wel ‘architect van de natuur’ genoemd – denk aan zijn beroemde werken Park Güell en Sagrada Familia in Barcelona. In het ontwerp van El Capricho is de zon de kern. Het huis volgt de zon, zoals de zonnebloem dat doet. De kamers zijn zo verdeeld dat ze stuk voor stuk optimaal licht vangen voor de activiteiten van de gebruikers.

De loop van de zon
Het huis heeft de vorm van een U, met het dichte deel aan de noordkant en de armen oost en west. De toren op de noordwesthoek herbergt de entree naar de leefruimte op de eerste verdieping en een wenteltrap naar de zolderverdieping.

Daar is het einde dag goed toeven op het balkon aan de westkant.

Aan de andere kant van het huis, op het oosten, ontwaakt de bewoner ’s ochtends in een ruime slaapkamer met riant balkon.

Misschien ligt hij een tijdje naar het plafond te kijken.

Hij kan via de badkamer doorlopen naar zijn studeerkamer, in de bocht van de U op het noorden, met rustig, koel licht.

Of hij loopt eerst even naar de westkant van het huis voor koffie in de serre van de fraai gedecoreerde eetkamer.


Elke kamer van het huis heeft een ander plafond, lambrisering, deuren en decoraties.


Zonne-energie
Op het zuiden, tussen de twee armen van de U-vorm van het huis, ligt een in verhouding grote kas, bijna een wintertuin. Hij diende niet alleen de botanische interesses van opdrachtgever Maxímo. Volgens het organische, op de zon georiënteerde ontwerp van Gaudí, verdeelt de kas licht en warmte door het huis.

Je kunt op de begane grond door de kas naar de eetkamer lopen. Of erlangs, door een gang met grote ramen op de eerste verdieping die licht en warmte van de kas doorlaten naar de noordelijke vertrekken.

Of je loopt buiten op de tweede verdieping langs het dak van de kas.

We vinden de kas wat modern aandoen. Hetzelfde gevoel bekruipt ons als we via een buitendeur de tweede verdieping binnen stappen, de zolder waar de bediendenverblijven waren.

Ook hier is, zoals in het hele huis, geen of weinig inrichting. Daardoor zie je de de architectuur, het lijnenspel, het houtwerk en de decoraties wel heel goed. Maar wat is er gebeurd?
Verlies en verval
Maxímo Díaz de Quijano heeft nooit in het huis gewoond. Hij overlijdt in het jaar van oplevering, 1885. Via zijn zuster Benita blijft El Capricho een paar generaties in handen van de adel van Comillas. In 1917 wordt de kas gesloopt. In de Spaanse burgeroorlog (1936-39) gaan de originele ontwerpen van Gaudí verloren.
In 1969 wordt El Caprico door de overheid tot historisch-artistiek monument verklaard en te koop gezet – zonder meubilair. Zo is veel historie van het huis weggeraakt.

Herstel
Na 9 jaar leegstand komt er een nieuwe eigenaar – die het huis nog eens 10 jaar laat sloffen. Maar in 1989 laten zijn zoons het onder architectuur renoveren en wordt er een nieuwe kas opgetrokken.

Vervolgens doet het huis 20 jaar dienst als restaurant en vergaderlocatie. Sinds 2010 is het een museum. In de vroegere werkruimten op de begane grond is op de muren een tijdlijn van de roerige geschiedenis van El Capricho te zien.
El Capricho de Gaudí
Bo. Sobrellano, s/n, 39520 Comillas
Cantabria, Spanje
www.elcaprichodegaudi.com
Er zijn verschillende filmpjes over El Capricho te vinden, meestal in het Spaans. Voor leunstoelreizigers die geen Spaans spreken:
https://www.youtube.com/watch?v=M2-x3MZLMYA